Hieronder vindt u informatie over de besluitvorming met betrekking tot de pioniersplek in Overschie.
Pioniersplek in Overschie
Vanaf medio 2020 hebben twee verkenners in opdracht van de Protestantse Gemeente Overschie (PGO) zich georiënteerd op de mogelijkheden voor een pioniersplek. In het voorjaar van 2021 kreeg de kerkenraad van de Nederlands Gereformeerde Kerk (NGK) van de PGO het verzoek om mee te denken over de start van een pioniersplek. Na een verzoek daartoe is door de NGK-kerkenraad besloten om mee te doen met de voorbereiding van zo’n project. De kerngroep OpWegGaan werkt hier namens de NGK aan mee. De afgelopen maanden is een pioniersplan gemaakt. We hopen dat er een pioniersplek ontstaat waar diaconale en missionaire aspecten in een goede balans samenkomen. Het is ons verlangen dat steeds meer mensen Gods liefde, zoals die in Jezus Christus zichtbaar wordt, mogen leren kennen.
Wat zijn pioniersplekken?
Pioniersplekken zijn nieuwe vormen van kerkzijn voor mensen die niet (meer) naar een kerk gaan. We weten dat de kerk het contact met grote delen van de onze samenleving verloren heeft. Bij het pionieren kiest men een omgeving waar de kerk niet meer aanwezig is. In die situatie willen we opnieuw luisteren naar wat er leeft en hoe we in die omgeving de samenleving kunnen liefhebben en dienen. Zo hopen we netwerken laten ontstaan waarin het geloof ter sprake kan komen en nieuwe vormen van kerkzijn tot ontwikkeling kunnen komen.
Wat willen we in Overschie gaan doen?
Bij de activiteiten gaat het zowel om nieuwe als om bestaande initiatieven. Bij de nieuwe plannen zoeken we op dit moment contact met de speeltuinvereniging “Levenslust”. We kijken of we met hen kunnen samenwerken op de speeltuin en wat de mogelijkheden zijn om daar eigen activiteiten te starten. Ook kijken we op verzoek van het CJG (Centrum voor Jeugd en Gezin) naar de mogelijkheid om samen met hen een “mama-café” te starten. Zo’n mama-café richt zich op de ondersteuning van kwetsbare moeders. Daarnaast zullen de activiteiten van “Eat en Meet” en het bezoekwerk dat vanuit OpWegGaan gedaan wordt in de pioniersplek worden geïntegreerd. We vertrouwen erop dat er zich in de opstartfase gaandeweg nieuwe mogelijkheden zullen aandienen waarmee we aan de slag kunnen gaan.
Wie gaan dat doen?
De kerk krimpt. We hebben in de kerk een tekort aan vrijwilligers waardoor lang niet alle taken vervuld kunnen worden. Is dit dan wel de tijd voor missionaire initiatieven? Moeten we niet eerst de zaken intern goed op orde hebben? Dit zijn begrijpelijke vragen. Toch weten we dat de essentie van de kerk missionair is. De kerk is ontstaan vanuit het zendingsbevel. Deze opdracht geeft Jezus de kerk mee tot aan de voltooiing van de wereld. Zodra de kerk er niet meer op gericht is om Gods licht te verspreiden raakt ze van haar kern vervreemd. Juist in een tijd van krimp moeten we ons ook naar buiten richten. Tegelijk beseffen we dat de mogelijkheden van de kerken niet zo groot zijn. Daarom is het de bedoeling om interkerkelijk te werken. De start komt vanuit de PGO en de NGK die elk een paar leden voor het pioniersteam en het bestuur leveren. Daarnaast hopen we dat ook andere christenen aanhaken bij het pioniersteam. Ook hopen we dat in de vrijwilligersgroepen die de concrete activiteiten uitvoeren ook deelnemers uit de doelgroep meedoen. Van de kerken die het project opzetten verwachten we verder vooral een geestelijk en biddend meeleven en waar mogelijk incidentele ondersteuning bij activiteiten. Verder lijkt het verstandig om een kerkelijk werker (voor 20 of 24 uur) aan te stellen om het werk van het pioniersteam vorm te geven en te coördineren.
Stand van zaken
Nadat er op de gemeentevergadering van 19 april (NGK) opnieuw over dit project is gesproken, besluit de kerkenraad om samen met de PGO hiermee daadwerkelijk van start te gaan. Daarom gaan we over tot:
1. ondersteuning van het project in voorbede en betrokkenheid;
2. deelname aan het bestuur van de op te richten stichting;
3. deelname van een aantal gemeenteleden aan het pioniersteam;
4. onderzoek naar een mogelijke financiële bijdrage.